Duitsland verplicht bedrijven tot third party due diligence
Enige tijd geleden schreef ik over de situatie van de Oeigoeren en de inzet van dwangarbeid bij de productie van zonnepanelen. Productie van zonnepanelen die wij hier in Nederland kopen en die met overheidssubsidie kunnen worden aangeschaft. Ik stelde de vraag in welke mate de Nederlandse overheid haar toeleveranciers doorlicht op mogelijke schending van mensenrechten. Third party due diligence dus.
Maandag 14 juni jl. stond in het FD dat Duitse bedrijven wettelijk worden verplicht hun toeleveranciers door te lichten op mogelijke schending van mensenrechten en schade aan het milieu. De Duitse Bondsdag heeft afgelopen vrijdag in grote meerderheid ingestemd met nieuwe wetgeving hierover. Daarmee worden ongeveer 900 grote ondernemingen moreel verantwoordelijk voor kinderarbeid en uitbuiting bij hun toeleveranciers. Bij overtredingen kunnen boetes worden opgelegd tot 2% van de jaaromzet.
Omstreden wet
De wet is in Duitsland omstreden. Veel bedrijven zien de administratieve rompslomp niet zitten en zeggen te twijfelen of een effectieve controle bij hun toeleveranciers wel mogelijk is. De Duitse bedrijven vrezen een concurrentienadeel. Zij vrezen, onder meer door de hoge boete, dat de wet kan leiden tot vertrek van Duitse ondernemingen uit sommige landen. Buitenlandse concurrenten, die niet onderworpen zijn aan vergelijkbare wetgeving, zullen in het gat springen dat deze ondernemingen achterlaten. Frankrijk heeft al een paar jaar vergelijkbare wetgeving en Brussel heeft plannen voor wetgeving op Europees niveau.
Concurrentienadeel
We raken hier een gevoelig punt in de strijd tegen onregelmatigheden. We willen wel goed doen, maar zijn bang voor concurrentienadeel en zo omzet te verliezen. We willen wel compliant zijn, maar ten koste van wat? Een onderneming kan soms alleen lokaal tot zaken komen door plaatselijke functionarissen (bijvoorbeeld lokale ambtenaren of gezagsdragers) om te kopen. De Anti Bribery regelgeving voorziet in dit soort situaties. De praktijk is weerbarstig. Wanneer een Europese onderneming bijvoorbeeld gebruik maakt van lokale toeleveranciers, hoe kunnen zij deze dan doorlichten op schending van deze regelgeving? Hoeveel werk zit daarin? En wat zijn de gevolgen die hieraan worden verbonden? Er zijn gelukkig talloze voorbeelden van ondernemingen die hun activiteiten in bepaalde landen staken, omdat blijkt dat het niet mogelijk is zonder schending van regelgeving lokaal zaken te doen. Dit vraagt om een heldere visie vanuit de top van die onderneming en standvastigheid bij het maken van moeilijke keuzes; omzetverlies vs compliance. Lead by example.
Draagvlak
Het zal ongetwijfeld ingewikkeld zijn om in Europa en in de afzonderlijke landen binnen Europa passende wetgeving op te stellen die het juiste doel bereikt en tegelijkertijd handzaam en werkbaar is. Naar mijn idee zal intensief overleg tussen de top van het internationale bedrijfsleven en de politiek daarbij kunnen helpen. Zoals het binnen een onderneming de taak is van de compliance officer om management en de eerste lijn mee te nemen in het belang van compliance en de intern opgestelde policies en beleid, lijkt het me goed wanneer de internationale politiek de grote ondernemingen meeneemt bij de vorming van nieuwe wet- en regelgeving. Wanneer je partijen erbij betrekt vergroot dit de kans dat de wetgeving draagvlak heeft en praktisch gezien kan worden nageleefd. En, misschien is dit een utopie, wanneer alle ondernemingen besluiten compliant te zijn, blijft voor iedereen de concurrentiepositie gelijk.